Mededeling

Collapse
No announcement yet.

ALFA ROMEO Lovers V2

Collapse
X
 
  • Filter
  • Tijd
  • Tonen
Clear All
new posts

  • bobo
    replied

    Leave a comment:


  • The Pretender
    replied
    Alfa Romeo GTV (Grand Turismo Veloce) Could Come Back As BMW i4 Rival With Electric Power.



    Leave a comment:


  • Jocar
    replied




    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Alfa Romeo 33 (1983-1994)



















    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Peba Bekijk Berichten
    Dat was inderdaad zalig. Ge kunt nu veel meer info over al die auto's opzoeken op tinternet, maar zo'n boek was toch een heel andere beleving.
    Hahaha, dat boek lag altijd op mijn nachtkastje, uren kon ik ermee bezig zijn. Zalig idd!

    Last edited by Jocar; 06/08/2021, 09:38. Reden: Foto bijvoegen.

    Leave a comment:


  • Peba
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Jocar Bekijk Berichten

    Ahzo, dat moet ik toch gemist of niet onthouden hebben want die boeken kocht ik jaarlijks destijds. Uren leesplezier verzekerd
    Dat was inderdaad zalig. Ge kunt nu veel meer info over al die auto's opzoeken op tinternet, maar zo'n boek was toch een heel andere beleving.

    Verstuurd vanaf mijn SM-G955F met Tapatalk

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Alfa Romeo Giulia GTA







    En dan komen we aan bij de auto die misschien al wel het einde inluidt van het echt spectaculaire benzinegeweld van Alfa Romeo: de huidige Giulia GTA. Die werd vorig jaar gepresenteerd en het is geen schande dat Alfa Romeo er de GTA-aanduiding voor van stal haalde. Wederom is de GTA het werk van Autodelta en met de 540 pk sterke versie van de 2,9-liter biturbo V6 is de Giulia GTA gerust buitenissig sterk te noemen voor een Alfa Romeo. Ook is hij maar liefst 100 kilo lichter dan de al bepaald niet voor de poes zijnde Giulia Q. Het vertaalt zich naar een sprintje naar 100 km/h vanuit stilstand dat in slechts 3,6 seconden te klaren is. Voor de aanpassingen aan de stuurinrichting, het onderstel en de remmerij maakte Alfa Romeo gebruik van twee Formule 1-coureurs, Antonio Giovinazzi en de zeer ervaren en zuinig met zijn woorden omspringende wereldkampioen Kimi Räikkönen. Dat zit wel goed dus. Ook stofte Alfa Romeo de GTAm-aanduiding af. Die is in tegenstelling tot de oer-GTAm niet krachtiger dan de GTA, maar onderscheidt zich onder meer dankzij een forse achterspoiler, wielkastverbreders, een rolkooi, racestoelen en het ontbreken van de achterbank.



    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    NOG MÉT VERBRANDINGSMOTOR

    ALFA ROMEO: ZEVEN SPORTIEVE HOOGTEPUNTEN

    Alfa heeft vanaf 2027 alleen nog electrische auto's in het aanbod. Iets waar de echte Alfisten waarschijnlijk even behoorlijk van moeten slikken. Gelukkig hebben we de bestaande Alfa Romeo's nog. Deze zeven modellen die wel raad wisten met benzinekracht zullen we in ieder geval nooit meer vergeten.

    Alfa Romeo GTA







    Er zijn tal van Alfa Romeo's die het benoemen waard zijn. Ook nog een hoop sportievelingen van (ver) voor de GTA, wat te denken van de Tipo 33 bijvoorbeeld, maar we moeten ergens beginnen. De GTA is een goed startpunt, want met die befaamde drie letters eindigen we zo ook weer. Sterker zelfs, daar eindigt misschien Alfa Romeo's historie met sportieve benzinekracht wel in z'n geheel, maar laten we niet op de zaken vooruitlopen. Alfa Romeo hing de GTA-naam voor het eerst aan de Giulia. De Giulia uit de jaren 60, welteverstaan. De door Bertone getekende tweedeurs Sprint GT-versie vormde de basis voor de GTA. De GTA werd ontwikkeld door Alfa's racedivisie Autodelta en dankzij uitbundig gebruik van aluminium in plaats van staal werd het een behoorlijke lichtgewicht. Daar wees de 'A' in GTA dan ook op, 'Alleggerita', ofwel 'lichtgewicht'. Het lichte gewicht gecombineerd met de stevig aangepaste 1.6 viercilinder Twin Cam-motor (met al een voorloper van de later als Twin Spark bekende dubbele ontsteking per cilinder) maakte van de GTA een uiterst rappe auto voor die tijd. Met 115 pk (Stradale) tot 170 pk (Corsa) had je met de GTA weinig reden tot klagen en anders was er later nog de GTAm die het dankzij een 2.0 zelfs tot 240 pk schopte. Overigens was er voor iedereen die het wat kalmer aan wilde doen ook nog de GTA 1300 Junior, met behalve een wat mildere motor ook wat minder gewichtsbesparing dan bij de volbloed-GTA.

    Alfa Romeo Montreal









    Van een heel ander kaliber dan de GTA was de Alfa Romeo Montreal. Geen lichtgewicht krachtiger versie van een bestaande auto, maar gewoon een compleet losstaande sportieve GT met een blok dat vooral kracht haalde uit zijn omvang. Een 2,6-liter V8 die zijn oorsprong vond in de achtcilinder die al in de Tipo 33 lag. Mede dankzij directe inspuiting was de V8 goed voor een vermogen van 200 pk. Voor 1970 was dat een heel serieus vermogen, waarmee de Montreal in iets meer dan 7 seconden naar 100 km/h versnelde vanuit stilstand en tot 220 km/h doortrok. Ondanks het feit dat de Montreal met zijn uiterlijk de show vaak wist te stelen en het een sportief rijdende auto was, wisten de Italianen er helaas niet veel succes mee te boeken. De prijs was de grootste boosdoener, al zullen er ongetwijfeld mensen zijn die wilden dat ze hadden toegeslagen toen ze nog relatief betaalbaar waren. Tegenwoordig is een Montreal namelijk een lieve duit waard en gaan sommige exemplaren de €100.000 voorbij.

    Alfa Romeo GTV6



    Een grote motor is niet altijd een garantie voor succes. Dat gold in ieder geval voor de V6 die Alfa Romeo in de Alfa 6 lepelde, want die kampte regelmatig met problemen vanwege de carburateurs. Toch was het die motor die zijn weg in 1980 naar de inmiddels GTV gedoopte Alfetta GTV vond en zodoende ontstond de GTV6. Het grote verschil tussen de V6 uit de GTV6 en de Alfa 6 was dat Alfa Romeo de zescilinder in de GTV6 voorzag van directe inspuiting en dat kwam hem flink ten goede. Ook bleken de auto en motor samen een uitgebalanceerd geheel te vormen, waardoor de GTV6 behoorlijk wat lof oogstte als het aankwam op het rijgedrag. Smaken verschillen, maar het was niet het mooiste model dat Alfa Romeo ooit voortbracht. Dat mocht de pret echter niet drukken, want de GTV6, en zeker de uiterst zeldzame GTV6 3.0 die in 1984 verscheen, waren voor hun tijd behoorlijk rap. Alfa Romeo verkocht van de GTV6 2.5 zelfs meer exemplaren dan van de GTV met de 2,0-liter viercilinder in dezelfde periode, dus commercieel was het ook zeker geen verkeerde zet.

    Alfa Romeo SZ





    Weinig Alfa Romeo's zullen zoveel verdeeldheid zaaien als de uiterst markante SZ en de open versie daarvan, de RZ. Het is één van de meest opvallende creaties die Alfa Romeo ooit heeft verkocht. Het controversiële, door Robert Opron getekende uiterlijk schrikt sommigen misschien al af voordat ze door hebben waarmee ze eigenlijk van doen hebben. De SZ was namelijk een serieus sportieve Alfa Romeo. De auto moest het wat ingezakte sportieve imago van het merk wat opvijzelen toen hij in 1989 ten tonele verscheen. Daarvoor nam Alfa Romeo een bekende motor van de plank: de 3,0-liter metende 'Busso V6'. In de SZ was die goed voor een vermogen van 210 pk en dat op een gewicht van 1.260 kilo. De gekscherend 'Il Mostro' (Het Monster) gedoopte SZ stoof daarmee in 7 seconden van 0 naar 100 km/h en schopte het tot een topsnelheid van 245 km/h. De kans om dat te zien gebeuren was overigens wel klein, want in totaal zagen maar net iets meer dan 1.000 SZ's het levenslicht en de in 1992 geïntroduceerde RZ is met 278 exemplaren nog veel zeldzamer.

    Alfa Romeo 156 GTA





    Ongeveer ten tijde van de de SZ toonde Alfa Romeo met de 75 (waar de SZ z'n basis mee deelde) dat ook een sedan met dezelfde V6 garant kon staan voor een hoop rijplezier. Twee generaties later ging het in Alfa Romeo's middenklasse echter nog een stapje verder, met de 156 GTA. Alfa Romeo haalde de befaamde aanduiding van stal en natuurlijk niet zonder daar een goede reden voor te hebben. Opnieuw was de 'Busso V6' het kloppend hart en die had in de 156 GTA een cilinderinhoud van 3,2-liter. Daardoor overtrof hij met 250 pk de 192 pk sterke subtopper met een 2.5 V6 ruimschoots, terwijl dat al bepaald geen stakker was. De 156 GTA speerde in slechts 6,3 seconden van 0 naar 100 km/h en pas bij 250 km/h hield het feestje op. Wat helemaal tof was, was dat je hem ook als Sportwagon kon krijgen. Vanzelfsprekend liet Alfa Romeo ook zaken als de ophanging en de remmerij niet ongemoeid, om de extra krachten ook nog fatsoenlijk te kunnen beteugelen.

    Alfa Romeo 8C Competizione







    Eén van de meest extreme Alfa Romeo's ooit zag veertien jaar geleden het levenslicht: de 8C Competizione. Daarmee greep het Italiaanse merk qua uiterlijk terug op de Tipo 33 en qua naam op de nog veel oudere 8C's uit de jaren 30. Zoals de naam al aangeeft, was een achtcilinder verantwoordelijk voor de krachten in de 8C. Een 4,7-liter groot exemplaar waarvoor Alfa Romeo ingenieurs van Maserati aanhaakte. Dat terwijl de 8C oorspronkelijk in de kiem gesmoord werd omdat anders bij zustermerk Maserati mogelijk kaas van het brood werd gegeten. Wat zijn we blij dat de 8C uiteindelijk toch kwam, want een spectaculair ding was het zonder meer. Met 450 pk, een 0-100 km/h-sprint van slechts 4,2 seconden en een top van net geen 300 km/h was het een Alfa Romeo die alle eerder verschenen straatlegale merkgenoten deed verbleken. Als kers op de taart kwam er ook nog een open versie; de 8C Spider. Uiterst exclusief ook, want van zowel de Competizione als de Spider zijn slechts 500 exemplaren gebouwd.

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Peba Bekijk Berichten
    Hij stond hier nochtans in die dikke jaarboeken over alle auto's op de markt die je in de jaren 80 kon kopen. Maar ik heb er zelf ook maar 1 in het wild gezien, in 1995 in Italië. Toen al een oud afgeleefd krel dat door de lokale schilder-bezetter gebruikt werd om afval mee af te voeren.
    Ahzo, dat moet ik toch gemist of niet onthouden hebben want die boeken kocht ik jaarlijks destijds. Uren leesplezier verzekerd

    Leave a comment:


  • Peba
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Jocar Bekijk Berichten

    Neen, nooit gezien of van gehoord.
    Hij stond hier nochtans in die dikke jaarboeken over alle auto's op de markt die je in de jaren 80 kon kopen. Maar ik heb er zelf ook maar 1 in het wild gezien, in 1995 in Italië. Toen al een oud afgeleefd krel dat door de lokale schilder-bezetter gebruikt werd om afval mee af te voeren.

    Verstuurd vanaf mijn SM-G955F met Tapatalk

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Dat belooft

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    LANCIA ALLEEN NOG NIEUWE EV'S VANAF 2026, DS VANAF 2024

    ALFA ROMEO VANAF 2027 VOLLEDIG ELEKTRISCH

    Meer interessant nieuws uit de hoek van de automobiele gigant Stellantis. Topman Carlos Tavares blikt tijdens een videoconferentie waarin Stellantis zijn halfjaarcijfers bespreekt, vooruit op wat er komen gaat. Alfa Romeo moet vanaf 2027 volledig elektrisch zijn. Werk aan de winkel dus.

    Stellantis-CEO Carlos Tavares wierp tijdens de presentatie van de halfjaarcijfers van Stellantis in vogelvlucht een blik op wat we de komende twee jaar van de merken van het concern kunnen verwachten. Een heleboel, zo blijkt. Fiat valt met een hatchback en waarschijnlijk met een cross-over in 2023 het compacte segment aan, auto's die ook nog eens met een elektrische aandrijflijn leverbaar worden. Het zijn zeker niet de enige op stapel staande EV's van het bedrijf. Binnen nu en twee jaar introduceert Stellantis maar liefst tien modellen die puur en alleen met een elektrische aandrijflijn geleverd worden. Daarnaast komen er negen nieuwe plug-ins en zit er ook een model in het vat met zowel een geheel elektrische als een plug-in hybride aandrijflijn. De nieuwe EV's staan nog niet op de onlangs aangekondigde nieuwe EV-platformen van Stellantis, daar is het nog te vroeg voor.




    Alfa Romeo

    Daarbij is er interessant nieuws voor Alfa Romeo. Dat merk laat vanaf 2027 in Europa, Noord-Amerika en China afscheid van de verbrandingsmotor. Vanaf dat jaar heeft het merk alleen nog maar elektrische modellen in zijn line-up. Momenteel verkoopt Alfa Romeo alleen de Giulia en de Stelvio, auto's die de term geëlektrificeerd nog moeten opzoeken. Wel komt Alfa Romeo in 2022 met een plug-in hybride. Mogelijk betreft het een plug-in hybride versie van de in hetzelfde jaar op de markt te verschijnen Tonale, een nieuwe SUV die als kleinere broer geldt voor de Stelvio.


    Alfa Romeo Tonale Concept

    DS en Lancia

    Ook met betrekking tot DS en Lancia slingert Carlos Tavares jaartallen de wereld in. Zo introduceert DS vanaf 2024 alleen nog nieuwe elektrische modellen. Dat betekent dus niet dat het de verbrandingsmotor vanaf dat jaar de laan uit stuurt, wel dat de reguliere benzine- en dieselmotoren na 2024 worden uitgefaseerd. In de tweede helft van dit jaar brengt DS een nieuwe plug-in op de markt. We verwachten dat dit de reeds onthulde plug-in hybride variant van de nieuwe DS 4 (Cross) is.

    Lancia is een bijzonder merk binnen Stellantis. Het merk is alleen nog in Italië actief en verkoopt daar nog altijd de inmiddels archaïsche Ypsilon. Inderdaad, het model dat tien jaar geleden op de markt verscheen. Overigens doet Lancia met dat model nog goede zaken. Met een marktaandeel van 13,9 procent was het vorig jaar in Italië de populairste auto in het compacte segment. We weten dat Lancia een reeks nieuwe modellen in de incubatiekamers heeft staan. Vanaf 2024 moet Lancia volledig geëlektrificeerd zijn en vanaf 2026 brengt het alleen nog nieuwe, volledig elektrisch aangedreven modellen op de markt, zo zegt Tavares.

    Peugeot, Citroën en Opel

    Peugeot en Citroën maken nog niet de overstap naar uitsluitend volledig elektrische aandrijflijnen. Wel komt Citroën in de tweede helft van dit jaar met een nieuw elektrisch model, net als Opel en Peugeot. Peugeot krijgt er dit jaar ook nog een nieuwe plug-in bij. In 2022 komt Citroën met een tweede nieuwe EV én met een nieuwe stekkerhybride. Opel en Peugeot brengen volgend jaar geen nieuwe EV's op de markt, al komt Opel met twee nieuwe hybrides en Peugeot met één. Voor 2023 staat er een derde elektrische Citroën op de rol en ook Peugeot brengt in dat jaar een nieuwe EV uit. Daarnaast lanceert Peugeot in 2023 een derde nieuwe plug-in hybride.

    Chrysler, Dodge, Jeep en Ram

    In het voormalig Amerikaanse hoekje van Stellantis is het een stuk stiller. Voor Chrysler en Ram zit er de komende twee jaar geen enkel geëlektrificeerd model in het vat. Dodge krijgt in 2022 nog een nieuwe plug-in hybride. Jeep komt in de tweede helft van dit jaar met een nieuwe stekkerhybride, mogelijk een variant van de nieuwe Grand Cherokee. Daarnaast brengt Jeep in 2023 een volledig elektrisch model op de markt.

    Bron: Autoweek

    Leave a comment:


  • The Pretender
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Gixxer Bekijk Berichten
    Nooit gezien als Alfa.
    Ik ook niet, wist niet eens van het bestaan af, maar ik was nog erg jong in die tijd.

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Gixxer Bekijk Berichten

    Wist jij dat deze bestond?
    Neen, nooit gezien of van gehoord.

    Leave a comment:


  • Gixxer
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Jocar Bekijk Berichten

    Ik ook niet. Waarschijnlijk net als in NL hier nooit ingevoerd.
    Wist jij dat deze bestond?

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Gixxer Bekijk Berichten
    Nooit gezien als Alfa.
    Ik ook niet. Waarschijnlijk net als in NL hier nooit ingevoerd.

    Leave a comment:


  • Gixxer
    replied
    Nooit gezien als Alfa.

    Leave a comment:


  • Jocar
    replied
    HET SLECHTSTE VAN TWEE WERELDEN

    HET BIJZONDERE VERHAAL VAN DE ALFA ROMEO ARNA - ACHTERGROND

    Het noodlijdende Alfa Romeo vindt eind jaren 70 een samenwerkingspartner in Nissan, dat naarstig op zoek is naar vaste wal in Europa. De alliantie leidt tot de Arna, kort gezegd een Nissan-koets met Alfa-techniek.

    De geschiedenis van Alfa Romeo is er één van pieken en vooral ook dalen. De jaren 70 waren vooral dat laatste. Alfa Romeo is in die dagen een staatsbedrijf en speelbal van de politiek. Zodoende wordt onder andere in het door een hoge werkeloosheid geteisterde zuiden van Italië - in Pomigliano d’Arco, vlakbij Napels - een nieuwe fabriek gebouwd. In deze fabriek, Alfa Sud, loopt in 1971 de eerste auto van de band, de Alfasud. Deze Alfasud is een technisch keerpunt voor de firma: een boxermotor én voorwielaandrijving. De productiviteit van Alfa Sud is echter laag en de dientengevolge zijn de verliezen hoog, dusdanig hoog zelfs dat de directie in het noorden al na een jaar overweegt de fabriek weer te sluiten. Maar dat ligt politiek erg gevoelig, dus wordt er voortgemodderd. In 13 jaar tijd wordt er 700 maal gestaakt (da’s ongeveer één keer per week). Door de lage productiviteit moet er door de jaren heen op iedere gebouwde Alfasud ongeveer €500 bijgelegd worden. En dan is de kwaliteit van de auto’s ook nog ‘ns dramatisch. En of het allemaal nog niet beroerd genoeg gaat, ondergaat de wereld ook nog een paar oliecrises. Op eigen houtje lijkt Alfa Romeo het niet te redden. Er wordt dan ook naarstig gezocht naar een partner, zowel voor schaalvergroting als voor ontwikkelingsvoordeel. Een laatste strohalm.

    Paard van Troje

    Protectionisme binnen de EEG viert in die jaren hoogtij, dat ervaart ook de Nissan Motor Company. Met een Europees bruggenhoofd zou één en ander te omzeilen zijn. En zo worden Nissan en Alfa uit noodzaak in elkaars armen gedreven, een verstandshuwelijk. Fiat vindt de deal maar niets en ook de EEG bekijkt de samenwerking met argusogen. Beiden werken de deal tegen met als argument dat dit het Japanse paard van Troje is om in West Europa een bruggenhoofd te slaan. Het nieuwe bedrijf verwacht aan 3.500 mensen werk te bieden in het zuiden van Italië en er worden volgens de Italiaanse premier Francesco Cossiga in de contracten strikte condities opgenomen die moeten tegengaan dat Nissan de Europese markt met Japanse auto’s zal overspoelen. Na maanden van vertraging geeft de Italiaanse regering op zaterdag 20 september zijn goedkeuring voor de jointventure, het parlement in twee kampen achterlatend. Op 9 oktober 1980 wordt in Tokio Alfa Romeo Nissan Autoveicoli, oftewel ARNA opgericht. Nissan en Alfa zijn elk voor 50 procent eigenaar van de joint venture die jaarlijks 60.000 auto’s moet gaan bouwen.

    Sunny-koets

    Kale koetswerken worden vanuit Japan naar Italië verscheept en afgemonteerd in een nieuwe fabriek in Pratola Serra, op zo’n 50 kilometer van de Alfa Sud-fabriek. Het mag wat kosten. Maar goed, de ontwikkelingskosten kunnen tot een minimum beperkt blijven: de auto heeft namelijk de carrosserie en de achteras van de Nissan N12, in Japan bekend als Nissan Pulsar, in Australië door Holden gebouwd als Astra en bij ons bekend als Nissan Cherry.





    Nissan Cherry

    Voor de aandrijving wordt gebruik gemaakt van de 1.186 cc grote en 63 pk sterke boxermotor uit de Alfasud. Ook de transmissie en de voorwielophanging komen van deze Alfa. Op de grille en de achterlichten na zijn de Arna L (3-deurs) en Arna LS (5-deurs) die in september 1983 tijdens de IAA in Frankfurt gepresenteerd worden uiterlijk vrijwel gelijk aan de Nissan Cherry die dan al een jaar op de markt is. Met naar keuze een 1.3 en een 1.5 is eerder in 1983 al de Alfa 33 gepresenteerd als opvolger van de Alfasud. Deze 33 is iets groter dan zijn voorganger. Om de onderkant van de markt niet te verliezen wordt de Arna als instapper onder de 33 gepositioneerd. Vanaf februari 1984 volgt de Arna TI met 1.351 cc, twee dubbele carburateurs en 86 pk. In december 1984 krijgen de 1.2-versies een nieuwe naam: Arna 1.2 L en Arna 1.2 SL en stijgt het vermogen naar 68 pk. Later is er ook nog 1.5 versie met 95 pk gebouwd als Arna TI.

    Mooi in theorie…

    De Nederlandse Alfa Romeo-importeur heeft de Arna hier nooit op de markt gebracht, net zo min als de Nissan-importeur. Er zijn alleen een paar exemplaren naar Nederland gehaald door Piet Wouters, een Tilburgse Alfa-dealer. Voorzien van een andere grille en Nissan-logo’s wordt de Arna in een aantal Europese landen verkocht als Nissan Cherry Europe, de TI-versies als Cherry Europe GTI. Ook gaat de auto terug de boot op naar Japan (maar nu als complete auto) waar hij wordt verkocht als Nissan Pulsar Milano X1. Op papier klinkt het allemaal geweldig. In de praktijk valt het toch allemaal best tegen. De auto blijkt zo’n beetje de samenvatting van alle slechte eigenschappen van zijn beide ouders. De Italiaanse techniek is beneden de maat, de afwerking slordig en de constructie van de Cherry-koets is ook niet bepaald het toonbeeld van doordachtheid.


    Alfa Romeo Arna

    In 1984 worden er 31.066 Arna’s verkocht, ongeveer de helft van wat er geprognotiseerd is en dat zou ook nog eens het piekjaar blijken. In 1985 worden er 10.976 verkocht. Wanneer in 1987 de laatste Arna van de band loopt staat de teller op een schamele 53.047 exemplaren. Kortom, de Arna is een grote flop. Tot overmaat van ramp moet Alfa met Nissan volgens contract afrekenen in Japanse yens, een munt die in de tussentijd ten opzichte van de Italiaanse lire bijna tweemaal zo duur is geworden. Als Fiat eind 1986 Alfa Romeo overneemt, is de Arna het eerste project wat Turijn schrapt.






    Leave a comment:


  • elio
    replied
    De motor blijft inderdaad een juweeltje
    De mijne is vanmorgen eindelijk door de keuring geraakt na weer een hoop gedoe, zal het sebiet wel posten in het topic.

    Leave a comment:


  • bobo
    replied
    die motor toch, pffft, sound en uitzicht
    de v12 van benz is knap maar dit is kunst



    nog ne cx claxon, wat een verwennerij...maar niet standaard elio

    Leave a comment:

Working...
X